De voorgestelde gemeentelijke belasting op oplaadpunten verontwaardigt al wie zich inzet voor de energietransitie. Dit initiatief berust op geen enkel sociaal overleg en druist in tegen de milieudoelstellingen. In feite is het vooral bedoeld om het kreupele beheer van overheidsmiddelen in Brussel enigszins te compenseren.
BECI reageert op de aankondiging van een belastingreglement dat Brusselse gemeenten zouden willen toepassen op privé operatoren van elektrische laadstations. Spijtig genoeg werd deze politieke wil via de pers bekendgemaakt – in se een kaakslag voor het sociaal overleg. Blijkbaar zijn niet alle bij de voorbereidingen van regelgeving betrokken overheidsspelers een dergelijk overleg gewoon.
Afgezien van de vorm stelt BECI zich vragen over de opvallende tegenstrijdigheden in dit voornemen om een van de voornaamste hulpmiddelen van de ecologische transitie te belasten. De elektrificatie van voertuigen is volop aan de gang bij werkgevers en zelfstandigen. Zij worden daartoe gedwongen door uiterst strenge milieucriteria en prohibitieve belastingformules. Die mensen zijn dus koplopers op de hachelijke weg van de transitie.
De eerste tegenstrijdigheid betreft leveringszekerheid tegen redelijke kosten. Vooral in 2022 heeft de energiecrisis aangetoond hoe kwetsbaar Europa wel is voor politiek wangedrag overal ter wereld. Helaas voldoen hernieuwbare energiebronnen nog lang niet aan onze behoeften. En waterstof lijkt een nog vagere belofte.
De tweede heeft te maken met de inbeslagname van de dividenden van de Europese energieliberalisering. In België blinken de overheden op dit gebied uit, zowel wat de productie, het transport als de distributie van energie betreft. Die afpersing vernietigt alle verwachte effecten van de liberalisering op de kosten. En de productiviteit van de ondernemingen zal via deze weg dus niet verbeteren.
De derde weerspiegelt de spanning tussen een transitiebeleid gericht op netto nul uitstoot in 2050, en de gewestelijke en gemeentelijke begrotingsvereisten. De erbarmelijke staat van de overheidsfinanciën is een publiek geheim. De schuld van het Brussels Gewest is in een paar jaar tijd bijna verdrievoudigd, en riskeert snel onhoudbaar te worden als het beleid niet verandert. Zestien gemeenten staan trouwens momenteel onder streng toezicht!
De overheid eist dat bedrijven zich voorbeeldig gedragen, terwijl zij dat zelf niet doet. We weten al tien jaar dat Brussel meer dan 20.000 oplaadpunten nodig heeft. Ondertussen zijn we er nog lang niet! De benodigde ruimte op de weg kan geen belasting rechtvaardigen. Het gaat hier om een ecologische noodzaak. En het stedelijk distributienet zou al deze oplaadpunten 24/7 toegankelijk moeten maken.
Eens te meer maken privé-operatoren de nalatigheid goed van de overheid die aan de behoeften van de elektrificatie van voertuigen moest voldoen. Helaas zijn deze inspanningen nog maar net begonnen, terwijl in 2030 voertuigen met verbrandingsmotor uit steden zullen worden geband (LEZ) en die voertuigen vanaf 2035 ook niet meer zullen mogen worden geproduceerd in Europa.
BECI betreurt dat gemeentebesturen die transitietools herleiden tot een extra bron van inkomsten. Met deze belastingregeling is de cirkel van de energieoplichterij rond. Omdat ze weigeren hun eigen uitgaven in vraag te stellen, zullen de overheden het privé-initiatief de nek omdraaien. En ze gaan toegang tot elektriciteit flink bemoeilijken voor werknemers, zelfstandigen en particulieren, die er nochtans steeds meer nodig zullen hebben.
Daarom pleit BECI voor meer erkenning van de inspanningen die bedrijven leveren in de energietransitie – en voor voorafgaand overleg om contraproductieve initiatieven te voorkomen.