Beci kaart het politieke najaar aan: om de activiteit te ondersteunen, moeten regels opnieuw zinvol worden en ademruimte krijgen. Hier volgen enkele principes voor een duidelijke en voorspelbare regulering ten dienste van de Brusselse economie.
In Brussel rijmt de politieke rentrée vaak op dezelfde vraag bij ondernemers: wanneer krijgen de regels eindelijk weer ademruimte? Het normatieve kluwen is door de jaren heen alleen maar dikker geworden. Te veel teksten, te veel procedures, soms zelfs tegenstrijdig. Gevolg: de energie gaat verloren in formulieren in plaats van in projecten.
Beci kiest dit kantelmoment om een signaal te geven aan de beleidsmakers. Het gaat er niet om de wet te omzeilen, maar haar oorspronkelijke functie te herstellen: kaderen, beschermen en tegelijk ruimte laten voor initiatief. De norm mag niet verstikken wie onderneemt. Hier volgt een reeks principes om opnieuw duidelijkheid en vertrouwen te scheppen, nu budgetten en nieuwe regelgeving in voorbereiding zijn.
De last van de papierwinkel
Niemand betwist de noodzaak van regulering. Ze kadert, voorkomt misbruik en garandeert eerlijkheid. Toch verliezen normen hun betekenis wanneer ze zich opstapelen. In Brussel zorgen traagheid en complexiteit voor juridische onzekerheid die het ondernemerschap afremt.
Elke nieuwe regel zou met een eenvoudige vraag moeten beginnen: is ze echt nuttig? Ze moet het doel dienen, en niet verdrinken in bijlagen. Bovenal moet ze leesbaar zijn. Heldere teksten scheppen vertrouwen en rechtszekerheid: de beste brandstoffen voor de economie. Kortom, regelgeving moet een evenwicht vinden tussen bescherming en economische dynamiek. Beci benadrukt ook de nood aan coherentie tussen gemeenten, het Gewest, de federale overheid en Europa.
Voorspelbaarheid en recht op vergissing
Het probleem ligt niet enkel in de inhoud van de regels, maar ook in de manier waarop ze worden toegepast. Beci pleit voor een recht op vergissing: een onderneming te goeder trouw moet een aangifte of een onvolledig document kunnen rechtzetten zonder onmiddellijke sanctie.
De voorspelbaarheid van termijnen is minstens zo cruciaal. Onbepaald wachten op een antwoord smoort projecten in de kiem. Drie maanden om een beslissing te krijgen, met stilzwijgende goedkeuring bij het uitblijven van een reactie, zou een einde maken aan de logica van permanent uitstel. Elders werkt dit principe al.
Hetzelfde geldt voor digitalisering en het bekende “only once”-principe: een gegeven één keer verstrekken, waarna het tussen administraties circuleert. Minder nutteloze heen-en-weerbewegingen, meer tijd voor begeleiding. Regels moeten ook gericht blijven op hun doel: projecten ondersteunen, en niet verzanden in vormvereisten of procedures.
Fiscaliteit en vergunningen
Vereenvoudiging gaat verder dan formulieren. Fiscaliteit, stedenbouw, milieu: overal is er nood aan stabiliteit en voorspelbaarheid. Beci schuift verschillende pistes naar voren: een fiscaal moratorium, harmonisatie van gemeentelijke belastingen, verlichting van bepaalde lasten om renovatie en duurzame mobiliteit te stimuleren, of de overdraagbaarheid van registratierechten.
Wat vergunningen betreft, moet de aanpak vlotter: minder uitgebreide dossiers, afgestemde termijnen tussen stedenbouw en leefmilieu, en uniformere administratieve praktijken. Elke stap telt om projecten meer zichtbaarheid te geven. En vooral: een echte “fiscale vrede” instellen – geen geïmproviseerde hervormingen of onaangename verrassingen, maar overleg vooraf en een duidelijke langetermijnkoers. Stabiliteit trekt investeringen aan, instabiliteit jaagt ze weg.
Osiris, het symbool van ontsporing
Over vereenvoudiging spreken zonder Osiris te noemen is moeilijk. Het platform voor werfbeheer is uitgegroeid tot hét symbool van administratieve rompslomp en een nachtmerrie voor ondernemers. Disproportionele boetes, herhalende procedures, gebrek aan coördinatie: het instrument frustreert meer dan het helpt.
Beci stelt voor het systeem grondig te herzien: kleine werven eruit halen, de procedures uniformiseren en alles centraliseren via één enkel loket. Elders is dit al realiteit: in Estland volstaat één platform voor alle bouwprocedures. Waarom niet in Brussel?
Van dwang naar begeleiding
Het gaat er uiteindelijk niet om minder te reguleren, maar beter te reguleren: van een logica van dwang naar een logica van begeleiding. Bedrijven moeten niet als potentiële misbruikers worden gezien, maar als actoren van ontwikkeling en welvaart.
Deze principes lossen niet alles op, maar wijzen wel een richting aan: regels verduidelijken, procedures vereenvoudigen, voorspelbaarheid herstellen en de norm terugbrengen tot haar kernopdracht. De politieke rentrée is het moment om te kiezen: laten we de regelgeving degenen die Brussel doen leven afremmen, of maken we er een instrument van dat hun energie ondersteunt?
“De blokkade te veel voor Brussel”: Beci en de sectorfederaties slaan de handen in elkaar en roepen de noodtoestand uit.