Op weg naar slimmere mobiliteit: 4 alternatieven voor de salariswagen

[Coproductie] De files op de Belgische wegen worden niet alleen langer, ze treden ook steeds vaker op buiten de spitsuren en op secundaire wegen. Volgens cijfers van de filebarometer van Touring Mobilis verloren we met z’n allen zo’n 1588 uur – of 66 volle dagen – in de file.

De mobiliteitsknoop heeft een grote impact op het welzijn en de productiviteit van je medewerkers. Veerle Michiels, mobiliteitsexperte bij SD Worx: “Het fileleed en de lange pendeltijd blijven een grote bron van frustratie. Als bedrijf doe je er goed aan pendelaars oplossingen te bieden waardoor hun tijd in de file beperkt wordt. Zo verhoog je immers ook hun tevredenheid over jou als werkgever.”

Als organisatie doe je er dus goed aan om hen te stimuleren om hun woon-werkverkeer slimmer te organiseren en niet (langer) op automatische piloot achter het stuur te kruipen. Wij zetten alvast 4 interessante alternatieven voor de salariswagen op een rij.

1. Het openbaar vervoer

Een sociaal abonnement – de tussenkomst in een abonnement voor het openbaar vervoer – stimuleert werknemers om de auto te laten staan. Voor jou als werkgever komen er geen sociale bijdragen bij kijken.

Afhankelijk van het vervoersmiddel, gelden andere regels:

• Trein: komt je medewerker met de trein naar het werk, dan ben je wettelijk verplicht een deel van het abonnement terug te betalen. Er is geen minimumafstand vastgelegd. De tussenkomst bedraagt gemiddeld 75%.
• Bus, tram of metro: een medewerker komt pas in aanmerking als hij minstens 5 km (enkele reis) moet afleggen. In je paritair comité kan de minimumafstand ook lager of afgeschaft zijn door bepaalde cao’s.

2. De mobiliteitsvergoeding (cash for car)

In maart 2018 riep de overheid de mobiliteitsvergoeding – of de cash for car-regeling – in

het leven. Met deze piste wil de overheid het aantal salariswagens op de weg verminderen en zo het mobiliteitskluwen ontwarren. Concreet kunnen werknemers hun (recht op een) bedrijfswagen inruilen voor een vrij te spenderen som geld.

Hoeveel de mobiliteitsvergoeding bedraagt, hangt af van de cataloguswaarde van de ingeleverde auto – of die waarvoor de werknemer in aanmerking kwam – en de eventuele eigen werknemersbijdrage voor het gebruik ervan. Ook een tankkaart dikt de geldsom verder aan. Concreet staat de vergoeding gelijk aan 20% van 6/7e van de cataloguswaarde. Dat bedrag ligt 20% hoger als de werknemer ook een tankkaart had. De eigen bijdrage van de werknemer wordt dan weer in mindering gebracht.

Werknemers die opteren voor de mobiliteitsvergoeding, moeten na inlevering van de salariswagen de kosten voor hun woon-werkverplaatsingen zelf financieren. Ongeacht het gekozen vervoersmiddel. Als werkgever heb je geen enkele verplichting meer om hierin tussen te komen. Wanneer je dat toch doet, zal dit beschouwd worden als loon onderworpen aan sociale bijdragen en belastingen.

3. Het mobiliteitsbudget

Je kunt nog een stap verder gaan door je medewerker een mobiliteitsbudget aan te bieden. Dat kan hij volledig naar eigen keuze spenderen aan een verschillende vervoersmodi.

Werknemers kunnen dan bijvoorbeeld kiezen voor een kleinere salariswagen en het restbedrag investeren in een plooifiets voor de laatste kilometers. Geen file, geen parkeerstress. Of hij investeert in een abonnement voor het openbaar vervoer en een elektrische step.

Twee concrete voorbeelden:

• Dirk woont in Dendermonde en werkt in Brussel. Hij rijdt met een milieuvriendelijke bedrijfswagen van zijn woning naar een park and ride aan de rand van de hoofdstad, en overbrugt de laatste kilometers met een plooifiets.
• Ann werkt vlakbij het Centraal Station, maar woont in het afgelegen Wielsbeke. Dagelijks rijdt ze een tiental kilometer met haar elektrische fiets tot aan het station van Harelbeke, waarna ze verder spoort tot aan het werk.

4. De fiets

Ongeveer 80% van de werknemers woont in een straal van 10 km rond het werk of een station. De fiets is voor hen een perfect alternatief voor de bedrijfswagen. Enkele goede redenen

om hem te promoten in je onderneming:

• Je kunt je medewerker belastingvrij een fietsvergoeding van maximaal 0,24 euro per

effectief getrapte kilometer uitbetalen. Sinds 1 januari 2019 telt deze vrijstelling voor fietsen in alle vormen en maten – van de stadsfiets tot de speed pedelec. Mooi meegenomen: je kunt de fietsvergoeding inbrengen als 100% aftrekbare bedrijfskosten.

• Ook bedrijfsfietsen zijn voordelig: ze zijn tot en met aanslagjaar 2020 120% fiscaal

aftrekbaar (inclusief de inrichting van fietsenstallingen en kosten voor onderhoud en

herstelling). Vanaf aanslagjaar 2021 zijn de kosten nog 100% aftrekbaar.

Veerle Michiels

Expert mobiliteit bij SD Worx