Zelfstandigen: overgaan naar een vennootschap of niet?

23 november 2017 door
BECI Community

Maar al te vaak beschouwt men de overgang naar een vennootschap als een noodzaak wegens de fiscale voordelen. Je zou er in feite zelfs niet moeten bij stilstaan. Maar met de tegen 2018 verwachte herziening van de Ven.B horen we overal dat de regering de zelfstandigen voortaan afraadt over te gaan naar een vennootschap. Wat moeten we nu geloven?

 

Stéphane Mercier, docent aan de Ephec en consultant – Réseau fiscal Mercier. Lid van de Nationale Raad van het BIBF.

De overgang naar een vennootschap is een complexe oplossing. Een heleboel materies horen erbij als belangrijke en noodzakelijke stukjes van een puzzel: boekhoudrecht, handelsrecht, fiscaal recht, sociaal recht, noem maar op.

In de meeste gevallen klopt het dat de overgang naar een vennootschap voor de vrije beroepen en zelfstandigen de weg effent naar de defiscalisatie en desocialisatie van de beroepsinkomsten, naast een optimalisatie van andere vormen van bezoldiging. Toch moeten ook andere aspecten in overweging worden genomen: de beperkte aansprakelijkheid, het vermogensrecht, de nalatenschap, de cash-flow enz.

Het meest opvallende voordeel is het heffingsverschil tussen de personenbelasting (PB) en de vennootschapsbelasting (Ven.B).

Vanaf welk niveau van inkomen wordt de overgang naar een vennootschap voordelig? De oprichting van een vennootschap laat toe de winst te verdelen tussen de natuurlijke persoon, die zaakvoerder is geworden (alleen deze inkomsten zijn onderworpen aan de sociale bijdragen van zelfstandigen) en de vennootschap, die geen sociale lasten betaalt[1] en die het lagere tarief van de Ven.B geniet (in ruil voor de naleving van de zogenaamde regel van de 36.000 €[2]). Het antwoord hangt af van de persoonlijke situatie vóór de overgang naar een vennootschap:

  1. De privé vermogenssituatie: soms beschikt een persoon over een vastgoed dat hij reeds als woning gebruikt. Om de lening terug te betalen (en zijn levensstandaard te bekostigen) zal hij zich een bezoldiging als zaakvoerder moeten toekennen. Als deze bezoldiging de ganse winst van de vennootschap opslorpt, dan verdwijnen gewoon alle hierboven beschreven voordelen.
  2. De gezinssituatie: de gemiddelde belastingtarieven van een belastingplichtige dalen in functie van het aantal personen ten laste.

Voor- en nadelen

De overgang naar een vennootschap gaat gepaard met talrijke al dan niet fiscale voordelen. Vennootschappen opgericht sinds 1 juli 2013 genieten een roerende voorheffing van 15% (in plaats van 33%) als een dividend wordt uitbetaald. Bovendien is een van de vaakst toegekende voordelen in natura het gebruik van een bedrijfswagen. Al deze elementen zijn ‘alternatieve vormen van bezoldiging’.

Over bepaalde elementen dient echter te worden nagedacht. De stopzetting van een activiteit als natuurlijke persoon kan bijvoorbeeld meestal gepaard gaan met een overdracht van de materiële en immateriële activa die in de onderneming werden geïnvesteerd. Moet de goodwill worden gevaloriseerd? Niet noodzakelijk.

Wees op uw hoede voor bepaalde bedrieglijke situaties. De ontbinding van een vennootschap die onroerende goederen bezit geeft bijvoorbeeld aanleiding tot de inning van een verdelingsrecht (registrering) herleid tot 1 of zelfs 0%. Te vaak wordt vergeten dat er een meerwaarde zal bestaan, door de Ven.B belastbaar, meestal aan het maximumtarief.

De nadelen? De strengheid van het Wetboek van vennootschappen (een hervorming is aan de gang): een financieel plan moet worden opgesteld, vennootschappen die hun jaarrekeningen niet publiceren riskeren een gerechtelijke ontbinding …  De exploitatiekosten liggen hoger dan voor een ‘natuurlijke persoon’. De boekhouding van vennootschappen vereist meestal de tussenkomst van een professionele boekhouder en fiscalist. En dan zijn er nog een aantal kosten (oprichtingsakte, inschrijving bij de Kruispuntbank van ondernemingen …).

Kortom, win advies in voordat u overgaat naar een vennootschap.

 

 

[1] Behalve de bijdrage ten laste van de vennootschap: 347,50 of 822,50 € in functie van het totaal van de balans.

[2] Met de hervorming van de Ven.B is er sprake van een bezoldiging van 45.000 €

BECI Community 23 november 2017
Deel deze post
Archiveren