Met een daling van 16% in de export van goederen ten opzichte van dezelfde periode in 2023, vertoont de Brusselse export van goederen, goed voor 5,1 miljard euro, een vertraging in de eerste helft van 2024, na drie opeenvolgende jaren van groei.
Brussel vertegenwoordigt slechts 2,8% van de Belgische goederenexport. En met de sluiting van Audi zal dit cijfer nog verder dalen. De Brusselse export naar de Verenigde Staten is in de eerste zes maanden van 2024 met 45% gedaald ten opzichte van de eerste helft van 2023. Zij vertegenwoordigen 8,3% van de Brusselse goederenexport. De impact van de nieuwe Amerikaanse douanerechten zal de situatie dus waarschijnlijk nog verergeren.
Onze partner ING deelt de conclusies van een studie zodat u, als Brusselse bedrijven (in het bijzonder exporteurs), de mogelijke impact van deze daling van het concurrentievermogen en van deze douanerechten op uw activiteiten kunt meten en uw strategieën hierop kunt afstemmen.
Conclusies van de studie van ING
In een tijd van geopolitieke spanningen en groeiende economische onzekerheid ondergaat de wereldhandel grote veranderingen. Landen kampen met de gevolgen van handelsbelemmeringen, sancties en verschuivende allianties.
België, met zijn zeer open economie die de voorbije tien jaar aan concurrentiekracht heeft verloren, is bijzonder kwetsbaar voor deze nieuwe globale dynamiek. Bovendien zijn sectoren met een hoge binnenlandse toegevoegde waarde meer blootgesteld aan de Amerikaanse markt. De mogelijke invoering van douanerechten door de Verenigde Staten ten opzichte van de Europese Unie zou op korte termijn het bbp kunnen doen dalen met 0,11% voor een douanerecht van 10% en met 0,26% voor een douanerecht van 25%. Dit is enkel de directe impact via de daling van de export. Het indirecte effect op het vertrouwen en de financiële markten zou de negatieve impact op het bbp nog groter kunnen maken.
De openheid van de Belgische economie is altijd belangrijk geweest, maar het aandeel van de Belgische export in de Europese export is de afgelopen tien jaar gedaald, met een bijzonder scherpe daling in de afgelopen twee jaar. De laatste tien jaar lag de groei van de Belgische exportvolumes lager dan de trend in de EU. Ondanks een toename van de exportvolumes door farmaceutische producten (vaccins) en minerale brandstoffen (olie en gas) tijdens de pandemie en de energiecrises van 2021 en 2022, was de periode na de crisis moeilijk. De exportvolumes zijn sterk gedaald naar het niveau van voor de pandemie.
“Het verlies aan concurrentiekracht van België lijkt de belangrijkste reden te zijn voor de daling van het exportmarktaandeel. Sinds de financiële crisis zijn de nominale loonkosten per eenheid en per gewerkt uur niet sterker gestegen dan in Duitsland. Bovendien zijn onze elektriciteitsprijzen gestegen en hebben onze bedrijven hun energieafhankelijkheid niet in dezelfde mate kunnen verminderen als hun tegenhangers in de buurlanden”, legt Ruben Dewitte, econoom bij ING België, uit.
Sectoren met een hoge binnenlandse toegevoegde waarde zijn meer blootgesteld aan de Amerikaanse markt
De achteruitgang van de concurrentiekracht van België valt samen met een toenemende druk op de handelsrelaties, vooral met de Verenigde Staten. De Verenigde Staten zijn de op drie na grootste exportmarkt voor België, met een exportwaarde van 28,03 miljard euro in 2023, of 7,6% van de totale export. Bovendien is het relatieve belang van de Verenigde Staten als exportmarkt de afgelopen vijf jaar verder toegenomen.
De sterke integratie van België in wereldwijde waardeketens betekent echter dat niet alle Belgische export in eigen land wordt geproduceerd. De export van een Belgisch product naar de VS bestaat doorgaans voor 44% uit binnenlandse toegevoegde waarde en voor 55% uit buitenlandse toegevoegde waarde (de resterende 1% wordt niet duidelijk toegewezen).
“Sectoren zoals chemie en farmaceutica, die bijzonder gevoelig zijn voor de Amerikaanse markt, en voeding en drank hebben over het algemeen een hogere binnenlandse toegevoegde waarde. Sectoren die afhankelijk zijn van buitenlandse grondstoffen, zoals metalen en olie, hebben daarentegen een lagere binnenlandse toegevoegde waarde. Dit is ook het geval voor sectoren die geïntegreerd zijn in waardeketens die over verschillende landen verspreid zijn, zoals de automobielsector”, zegt Ruben Dewitte.
Deze globale waardeketens betekenen ook dat de Belgische export indirect via andere landen in contact komt met de Verenigde Staten. Dit geldt bijvoorbeeld voor een auto-onderdeel dat in België wordt geproduceerd en in Duitsland op een auto wordt gemonteerd, die vervolgens de Atlantische Oceaan oversteekt.
Uiteindelijk bedraagt de directe blootstelling van België aan de VS ongeveer 0,9% van het bbp, maar via de EU-export naar de VS loopt dit cijfer op tot 1,54%. Als Trump tarieven zou invoeren tegen de hele wereld, zou de totale blootstelling van België aan de VS ongeveer 2,1% van het bbp bedragen.
Amerikaanse douanerechten van 10% hebben op korte termijn een negatieve impact op het Belgische bbp van minstens 0,11%, terwijl de directe impact minstens 0,26% bedraagt voor douanerechten van 25%.
Dit betekent niet dat 2,1% van het bbp verloren zal gaan wanneer president Trump tarieven oplegt aan de EU. In eerste instantie zullen deze tarieven een impact hebben op de directe handelsstromen. Op korte termijn, namelijk over een periode van 1 tot 2 jaar (wat geen tijd geeft om de productie aan te passen of om andere handelsroutes te ontwikkelen), zal een tarief van 10% of 25% leiden tot een daling van de Belgische export met respectievelijk 7,6% of 19%.
“Voor de EU zou een verhoging van de douanerechten naar 25% kunnen leiden tot een directe daling van het bbp met 0,33%. Dit is het directe en onmiddellijke effect van douanerechten. Maar het negatieve effect op het bbp kan op korte termijn nog groter zijn door indirecte effecten, zoals een verlies aan vertrouwen en een negatief effect op de financiële markten. Als we rekening houden met deze indirecte effecten, kan het totale effect in het ergste geval bijna verdubbelen”, besluit Ruben Dewitte.
Hier moet aan toegevoegd worden dat hoe langer de douanerechten van kracht blijven, hoe groter de impact zal zijn. De export tussen België en de Verenigde Staten zou met 19% kunnen dalen bij een tarief van 10% en met 45% bij een tarief van 25%.
De directe impact (exclusief indirecte effecten) op het Belgische bbp zou ook toenemen en zou 0,69% kunnen bedragen bij een tarief van 25%.
Bron ING. Voor meer informatie, neem contact op met hun experts:
Renaud Dechamps, woordvoerder: renaud.dechamps@ing.com +32 497 47 16 04
Ruben Dewitte, econoom: ruben.dewitte@ing.com +32 495 36 47 80